In dit tegelplaatserspel bouwen de spelers gebouwen die iedereen kan gebruiken om materialen te maken, grondstoffen te raffineren, geld te verdienen en belangrijke leveringen te doen voor de bouw van Hamlet's grote herkenningspunt - de kerk. Het spel bevat onregelmatig gevormde tegels die met elkaar verbonden worden om een dorp te vormen dat elke keer weer totaal anders is. De plaatsing van de tegels creëert op organische wijze met elkaar verbonden paden die de dorpelingen gebruiken om grondstoffen door het dorp te vervoeren. Dit leidt ertoe dat de spelers borden bouwen waarop geen twee spellen ooit hetzelfde zullen aanvoelen. Omdat de gebouwen gemeenschappelijk zijn, ontstaat zo ook een vloeiende economie, waarin de spelers steeds hard werken om het dorp te voorzien van de grondstoffen die het meest nodig zijn.